Interview Andrik Becht

Universitair docent Jeugd & Gezin

Andrik Becht
Andrik Becht

Waar gaat je onderzoek over?

Mijn onderzoek gaat over de ontwikkeling van adolescenten; waarom floreren sommigen van hen wel en anderen niet? Op dit moment kijk ik specifiek naar de ontwikkeling van klimaatzorgen bij jongeren en eco-identity. Dus waarom identificeren sommige jongeren zich veel meer met een duurzame levensstijl dan andere? Waarom zijn zij bijvoorbeeld actief bij Fridays for Future, een wereldwijde beweging van jongeren die zich inzetten voor klimaatactie door middel van laagdrempelige protesten en demonstraties.  Met die kennis ontwikkel ik samen met mijn collega’s van Geowetenschappen en maatschappelijke partners lespakketten zoals de , een methodiek voor lesgeven in duurzaamheid.  We richten ons hierbij op een hoop die niet naïef is (“Klimaatverandering valt wel mee” of “We zullen echt niet zo snel last krijgen van de stijgende zeespiegel”), of passief (“De regering gaat het wel oplossen” of “Er komen wel technologieën waardoor de uitstoot afneemt”). In plaats daarvan proberen we ‘actieve hoop’ te stimuleren.

Hoe lang werk je al bij FSW?

Ik werk sinds 2014 met een tussenpozen bij de faculteit Sociale Wetenschappen. Na mijn PhD in Utrecht ben ik in 2014 bij de Erasmus Universiteit en Universiteit Leiden gaan werken, maar ik ben altijd via aanstellingen verbonden gebleven aan de UU. Ik ben dus eigenlijk nooit echt weggeweest. En dat is niet zonder reden. 

Waarom werk je graag bij de UU/FSW?

Bij onze faculteit ervaar ik veel focus op bepaalde onderwerpen, bijvoorbeeld via de strategische thema’s van onze universiteit. Ik werk in twee van de vier thema’s: Dynamics of Youth en Pathways to Sustainability. Via deze thema’s, die over de faculteiten heen gaan, heb ik nieuwe samenwerkingen kunnen opstarten met collega’s buiten onze faculteit, zowel op gebied van onderzoek als onderwijsinnovatie. Daardoor zit er dus veel interdisciplinaire samenwerking in mijn onderzoeksprojecten. Wat daarbij helpt is dat Utrecht een brede universiteit is, er zijn dus veel verschillende disciplines binnen handbereik. Dat is in mijn optiek een grote kracht van de UU.

En daar maak ik ook gebruik van in mijn onderwijs. Ik werk bijvoorbeeld aan een onderwijsinnovatieproject samen met collega’s van de faculteiten Geesteswetenschappen en Geowetenschappen. We hebben hiervoor een subsidie ontvangen van het Utrechts Stimuleringsfonds Onderwijs. Studenten bij Geowetenschappen starten vaak erg hoopvol aan hun studie en met de gedachte dat ze de wereld gaan verbeteren. Maar als ze dan leren over de zogenaamde tipping points en smeltende ijskappen, weten we inmiddels dat studenten juist vaak achterblijven met zorgen over het klimaat. Waar ze behoefte aan hebben is onderwijs dat ook de emotionele en psychologische kwesties met betrekking tot klimaat serieus neemt. En studenten willen weten hoe zij zelf impact kunnen hebben op klimaatverandering. Dat bracht ons als docenten van verschillende faculteiten samen bij de vraag: hoe kun je studenten helpen aan veerkracht en handelingsperspectief?

Wat maakt de UU uniek?

Interdisciplinair samenwerken blijft echt wel een uitdaging. Op papier lijkt het allemaal vrij simpel, maar In de praktijk kost het veel tijd om op één lijn te komen en dezelfde taal te spreken. Daarom zijn de subsidies vanuit de strategische thema’s zo belangrijk, want daarmee kan je dit soort samenwerkingen opstarten. Via zo’n subsidie ben ik in contact gekomen met Tim Favier van de faculteit Geowetenschappen en sindsdien werk ik in meerdere projecten met Tim samen. Daarmee is zo’n subsidie vanuit de strategische thema’s echt een springplank geweest om onze samenwerking echt goed op te zetten en daar profiteren wij in termen van nieuwe projecten van en hopelijk ook het onderzoek en onderwijs in algemene zin. En ander voordeel van de strategische thema’s is dat zij faciliteren dat je collega’s uit andere faculteiten en dus andere wetenschapsdisciplines tegenkomt.