Onderzoek Bestrijdingsmiddelen en Omwonenden (OBO)

In de landbouw wordt regelmatig met bestrijdingsmiddelen gewerkt. Onder omwonenden van landbouwpercelen leven vragen over de gevolgen van het gebruik van bestrijdingsmiddelen voor hun gezondheid. Het RIVM heeft onderzoek gecoördineerd naar de blootstelling van omwonenden van bollenvelden aan bestrijdingsmiddelen, ook wel Onderzoek Bestrijdingsmiddelen en Omwonenden (OBO) genoemd. De Universiteit Utrecht (UU) heeft meegewerkt aan dit onderzoek. Ook bij het vervolgonderzoek is de UU betrokken.

Blootstelling in kaart

In opdracht van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft een consortium van kennisinstituten gemeten in hoeverre omwonenden van bollenvelden in contact komen met bestrijdingsmiddelen. Het onderzoek liep van 2015-2019 en laat zien dat mensen die in de buurt van landbouwpercelen wonen, kunnen worden blootgesteld aan chemische bestrijdingsmiddelen. Uit het onderzoek komt ook naar voren dat het onduidelijk is hoe schadelijk dit is voor de gezondheid.

Vervolgonderzoek

In 2020 heeft de Gezondheidsraad geadviseerd om meer gezondheidsonderzoek te doen naar de relatie tussen bestrijdingsmiddelen en de gezondheid van omwonenden. Er is vooral meer inzicht nodig in effecten op de lange termijn. De Gezondheidsraad stelde als voorwaarde dat de blootstelling aan bestrijdingsmiddelen beter moest worden bepaald. Het RIVM raadde daarnaast aan om meer informatie over leefstijl van omwonenden in het onderzoek te betrekken.

Het vervolgonderzoek (OBO-2) is inmiddels van start gegaan en onderverdeeld in negen deelprojecten. De UU is betrokken bij een aantal deelprojecten. Zodra deze deelprojecten van start gaan, vindt u hier meer achtergrondinformatie.