"Wat voor soort landbouw willen we in dit land? Dat is een democratische beslissing."

Floor Haalboom en Lidwien Smit over de Nederlandse veecrisis

Nederland, wereldwijd koploper in de vleesproductie, staat onder toenemende druk om zijn intensieve landbouwsysteem te hervormen. Eerder dit jaar een de regering om de stikstofuitstoot in beschermde Natura 2000-gebieden v贸贸r 2030 met 50% te verminderen, op straffe van een boete van 10 miljoen euro, naar aanleiding van een rechtszaak van Greenpeace over ontoereikende milieubescherming. Met de nationale verkiezingen op 29 oktober zal de kwestie van hoe om te gaan met intensieve veeteelt en de milieuverplichtingen van het land opnieuw een centraal thema zijn in het bredere debat over de toekomst van het land.  

Floor Haalboom en Lidwien Smit, onderzoekers aan de Universiteit Utrecht en beiden keynote sprekers bij de Opening van het Academisch Jaar, stellen dat de veeteeltcrisis niet alleen een milieuprobleem is, maar ook een politieke en culturele keuze. We spraken met hen over hoe Nederland in deze situatie terecht is gekomen en hoe dit zou kunnen veranderen.  

Infographic met het aantal landbouwhuisdieren in Nederland in 2024. Kippen: 89.231.300, Varkens: 10.491.170, Rundvee: 3.772.470, Schapen: 738.020 en Melkgeiten: 479.900. Ter vergelijking: in 2024 bedroeg de Nederlandse bevolking 18,05 miljoen.

Floor, als historicus, hoe is een klein land als Nederland uitgegroeid tot de grootste vleesexporteur van de Europese Unie?

鈥淒aar zit een lange geschiedenis achter. Aan het einde van de 19e eeuw begonnen Nederlandse boeren goedkoop graan uit Noord-Amerika te importeren. Op dat moment waren de meeste boerderijen klein en divers: een paar koeien, wat kippen, gewassen om zowel mensen als dieren te voeden. Toen ge茂mporteerd graan beschikbaar kwam, waren boerderijdieren niet langer alleen afhankelijk van wat boerderijen zelf konden verbouwen. Dat was het eerste grote keerpunt.  

Na de Tweede Wereldoorlog vond er nog een doorbraak plaats: een versnelling in de ontwikkeling van mengvoeders. Dit diervoeder was een mix van allerlei ge茂mporteerde producten, zoals Zuid-Amerikaanse soja, Scandinavisch vismeel en bijproducten van de olie-industrie. Door vee op deze manier te voeren, kon intensieve veeteelt of 'fabriekslandbouw' opkomen. Varkens en kippen konden binnen worden gehouden en boeren konden veel meer dieren op hetzelfde stuk land houden. Zo werd Nederland wereldwijd een grote producent en exporteur van vlees en zuivel: door vee te voeren met producten afkomstig van landbouwgrond en uit zee毛n van andere landen.

De agro- en voedingsindustrie heeft hier natuurlijk enorm van geprofiteerd. Maar voor de planeet is het een ramp geweest.鈥

Hoe be茂nvloedt de veeteelt precies de gezondheid van onze planeet?  

Floor: 鈥淒e import van voedergewassen, die overigens alleen mogelijk was dankzij fossiele brandstoffen, is een van de  grootste boosdoeners van de Nederlandse stikstofcrisis. Want boeren die bijvoorbeeld in Brazili毛 soja verbouwen, gebruiken kunstmest die rijk is aan stikstof en fosfor. Wanneer ons vee die soja eet, worden de meeste van die voedingsstoffen via hun mest en urine uitgescheiden, waardoor ammoniak ontstaat en er hier in de Nederlandse bodem en het milieu een overschot aan stikstof ontstaat.鈥  

Lidwien: 鈥淓n het gaat niet alleen om de problemen die het hier veroorzaakt. De productie van grote hoeveelheden soja om koeien of varkens in Europa te voeren, veroorzaakt ecologische onevenwichtigheden en bodemdegradatie in landen als Brazili毛, waar veevoer wordt verbouwd.  

Daar komt nog bij dat Nederland vooral zeer intensieve, grootschalige veehouderijen heeft, met name voor varkens en pluimvee, met grote aantallen en een hoge dichtheid aan dieren per bedrijf. Dit leidt tot problemen zoals luchtvervuiling en stankoverlast, maar ook tot een verhoogd risico op antibioticaresistentie en zo枚nosen [ziekten die van dieren op mensen worden overgedragen], zoals Q-koorts en vogelgriep. En omdat dit land zo dichtbevolkt is, wonen veel mensen in de buurt van deze bedrijven, waardoor de gevolgen voor de gezondheid en de kwaliteit van leven groot zijn. We hebben veel wetenschappelijk bewijs voor deze gezondheidsrisico's, maar beleidsmakers aarzelen vaak om actie te ondernemen en beslissingen worden steeds uitgesteld.鈥

In sommige delen van de wereld is het erg moeilijk om een gezond voedselsysteem te hebben zonder dieren.

Met zulk duidelijk bewijs, waarom heeft het land dan nog geen akkoord bereikt over de landbouw?  

Lidwien: 鈥淗et is complex, omdat wetenschap gebaseerd is op onzekerheid en zorgvuldige interpretatie. Als onderzoekers moeten we niet alleen het bewijs aanhalen, maar ook de beperkingen en onzekerheden van ons onderzoek benadrukken. Het probleem ontstaat wanneer anderen, om politieke, economische of persoonlijke redenen, die onzekerheden uit hun context halen of alleen die delen eruit pikken die in hun belang zijn, om de status quo te behouden. We hebben bijvoorbeeld net een gepubliceerd waaruit een duidelijk verband blijkt tussen geitenhouderij en het risico op longontsteking. Maar bepaalde politici en andere belanghebbenden hebben geprobeerd deze bevindingen af te doen als onduidelijk of bevooroordeeld, waardoor er geen gevoel van verantwoordelijkheid ontstaat om actie te ondernemen.鈥

Floor: 鈥淒it is niet nieuw. Onderzoek door wetenschapshistorici laat zien hoe industrie毛n zoals de tabaks- en olie-industrie wetenschappelijke twijfel hebben misbruikt om maatregelen tegen hun schadelijke commerci毛le activiteiten te blokkeren. Wat ik zorgwekkend vind, is dat hetzelfde draaiboek nu in Nederland wordt gebruikt door voorstanders van de industri毛le veehouderij om wetenschappelijke bevindingen in diskrediet te brengen.鈥

Hoe zou een duurzaam landbouwsysteem er dan uitzien?   

Floor: 鈥淚k denk dat dit een democratische vraag is die de samenleving gezamenlijk moet beantwoorden. Op basis van mijn onderzoek is mijn enige zorg dat we een lange geschiedenis hebben van partijen met een aanzienlijk belang in de industri毛le veehouderij die beslissingen nemen met enorme gevolgen voor de gezondheid van mensen en het milieu, en dat dit tot op de dag van vandaag voortduurt. Dat is niet democratisch. Ik denk dat dat het probleem is dat we als academici moeten aanpakken. Het is niet aan mij om te zeggen: 'Dit is de richting die we met de veehouderij moeten inslaan.'鈥

De vleesrijke di毛ten die we vandaag de dag als normaal beschouwen zijn een zeer recente uitvinding.

Maar denk je dat dieren nog steeds op ons bord thuishoren?  

Lidwien: 鈥淛a, mensen kunnen nog steeds dieren eten, maar niet op dezelfde manier als wij dat in het Westen doen. Dat is gewoonweg niet mogelijk. Ik denk dat het verstandig is om de hoeveelheid dierlijke producten in onze voeding te verminderen.鈥

Floor: 鈥淗et is belangrijk om te onthouden dat de vleesrijke di毛ten die we vandaag de dag als normaal beschouwen, in feite een zeer recente uitvinding zijn. In het geval van West-Europa zijn ze een fenomeen van de tweede helft van de 20e eeuw. We hebben het over het terugbrengen van onze vlees- en zuivelconsumptie tot het niveau van de jaren vijftig. Sommige mensen reageren hier fel op. Maar mensen die in die tijd zijn opgegroeid, hadden een veel gezonder eetpatroon.鈥

Lidwien: 鈥淒at klopt. Mensen die nu in de tachtig of negentig zijn, groeiden op met misschien 茅茅n keer per week vlees en waren gezond. We suggereren niet dat iedereen veganist of vegetari毛r moet worden. In sommige delen van de wereld is het erg moeilijk om een gezond voedselsysteem te hebben zonder dieren. Maar een andere kwestie is hoe we denken over verantwoordelijkheid. In Nederland is slechts ongeveer , maar de gemiddelde Nederlander consumeert jaarlijks ongeveer als iemand in Sri Lanka of India.鈥  

Floor: 鈥淒e Aziatische context is interessant omdat vegetarisme daar een lange geschiedenis heeft. Het is dus niet overal ter wereld vanzelfsprekend dat je altijd dieren moet eten. Het is ook belangrijk om te beseffen dat onze 鈥渧leesobsessie鈥 in het Westen is gecultiveerd door de industrie毛n die profiteren van deze consumptiepatronen en niet noodzakelijkerwijs begaan zijn met de gezondheid van mensen of het milieu.鈥  

Jaarlijkse vleesconsumptie (kg) per hoofd van de bevolking, 2022. In Nederland is dat 75 kilo.

En wat geeft u hoop? Waar ziet u op dit moment echte vooruitgang of hoop in de wetenschap, het beleid of de samenleving?

Floor: 鈥淚k heb veel vertrouwen in de wetenschap. Wetenschappers kunnen een sleutelrol spelen bij het identificeren van de vragen die gesteld moeten worden om te beslissen welke richting we op moeten gaan. Daarvoor hebben we nieuwe expertise nodig. Mensen zeggen weleens: 鈥淲e kunnen niet terug naar de tijd van Ot en Sien [de kinderen uit een beroemde serie Nederlandse schoolboeken uit het begin van de 20e eeuw]鈥, verwijzend naar de armoedige omstandigheden in Europa v贸贸r de Tweede Wereldoorlog. Maar dat is niet het punt 鈥 we hoeven niet terug in de tijd. We moeten veranderen. Als historicus leer je als eerste dat culturen altijd veranderen, en dat betekent dat wij ook van richting kunnen veranderen.鈥

Lidwien: 鈥淚k zie ook veel hoop in de jongere generatie. Op de Universiteit Utrecht worden bijvoorbeeld steeds vaker vegetarische lunches geserveerd. Hoewel sommigen nog steeds vasthouden aan het eten van vlees, is er duidelijk sprake van een culturele verschuiving.

Soms hoop ik dat als er weer een schandaal in slachthuizen of nieuwe ziekten in verband met dieren aan het licht komt, dat mensen dan eindelijk zullen zeggen: 'Genoeg.'鈥

* Meer inspirerende verhalen en artikelen?

Gezonde Planeet is in 2025 het jaarthema van de Universiteit Utrecht. Met een actueel en relevant jaarthema laten we aan iedereen zien welke kennis we ontwikkelen en hoe we samenwerken met externe partners.

Bezoek de pagina van het jaarthema