Ratten in de stad
Studentenonderzoek
Begin dit jaar hebben twee studenten hun onderzoek naar ratten in de stad afgerond bij CenSAS. Simcha Verweij deed vanuit haar opleiding Development and Rural Innovations aan Wageningen ľ¹Ï¸£ÀûÓ°ÊÓ and Research onderzoek naar gemeentelijk beleid ten aanzien van rattenbeheersing. Mark van Andel deed voor zijn opleiding Toegepaste Biologie aan de HAS Den Bosch onderzoek naar de relatie tussen omgevingsfactoren en de aanwezigheid van ratten. De rapporten van beide onderzoeken zijn te lezen op de website van CenSAS.
Rattenbeheersing volgens Integrated Pest Management
Op dit moment vindt er een transitie plaats in de omgang met bruine en zwarte ratten in Nederland. Een van de manieren waarop deze transitie naar voren komt is het verplicht te werken volgens de principes van Integrated Pest Management (IPM). Deze aanpak gaat uit van monitoring en preventie als eerste stappen, alvorens gebruik te maken van anticoagulantia (rattengif).
Gemeentelijke rattenbeheersing
De aanwezigheid van ratten komt meestal tot uiting in de vorm van overlastmeldingen. De gemeente wordt daarbij door inwoners in veel gevallen als aanspreekpunt gezien. Simcha onderzocht hoe gemeenten invulling geven aan geïntegreerde rattenbeheersing volgens die IPM-aanpak. Daartoe interviewde zij in 11 gemeenten een of meerdere personen over het beleid en de uitvoer daarvan ten aanzien van rattenbeheersing.
Het onderzoek van Simcha sluit aan op naar knaagdierbeheersing bij gemeenten van Antea Group in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en gemeente Capelle aan den Ijssel.
Habitatfactoren en de aanwezigheid van ratten
Voor het succesvol toepassen van preventie is het belangrijk te weten welke factoren in de stadse omgeving bij kunnen dragen aan de aanwezigheid van ratten en op welke manier. Mark onderzocht daarom de samenhang tussen habitatfactoren en de aanwezigheid van ratten. Dit deed hij aan de hand van literatuur en observationeel onderzoek in 3 steden. Hij voerde daartoe in totaal ruim 150 uur aan observaties uit (zelfs in de nacht). Observaties werden gedaan op 9 verschillende locaties (stadsparken en woonwijken) in Amsterdam, Utrecht en Nijmegen.
Gedurende het onderzoek werden in totaal 22 ratten gezien op 4 verschillende locaties, waarvan veruit de meeste ratten in een park in Amsterdam. Op de overige 5 locaties werden geen ratten gezien gedurende observaties. Op alle locaties werden sporen van ratten waargenomen. Ook waren op alle locaties factoren aanwezig waarvan we weten dat ze bij kunnen dragen aan de aanwezigheid van ratten (groen, water en voedsel). Zo was er op alle locaties voedsel (zie afbeelding) aanwezig in de vorm van afval, weggegooide etensresten en het voeren van (water)vogels. De meeste ratten werden waargenomen op plekken waar ook water aanwezig is.
De rapporten van Simcha (in het Nederlands) en Mark (in het Engels) zijn te lezen via onderstaande links.
Gemeentelijk beleid omtrent geïntegreerde rattenbeheersing. Een onderzoek naar implementatie van geïntegreerde rattenbeheersing in Nederlands gemeentelijk beleid.
On the urban habitat of Rattus Norvegicus. Onderzoek naar de relatie tussen habitatfactoren en aanwezigheid van bruine ratten in Amsterdam, Utrecht en Nijmegen.