ľ�ϸ���Ӱ��

106 hoogleraren waaierden woensdagochtend met wapperende toga’s op de fiets uit door Utrecht: het was weer tijd voor het jaarlijkse Meet the Professor. Onder hen waren 9 FSW-hoogleraren. Voor Mara Yerkes was het de eerste keer. Ze toog met promovendus Mehri Zamanbin naar een basisschool in Oog in Al.

Terwijl groep 8 van de Johan de Wittschool nerveus wachtte op een échte hoogleraar, diepte Mara Yerkes op de stoep naast haar fiets uit een knalgele UU-tas haar toga op. Niet te doen anders, zo’n eind fietsen. Toga aan, bef om, baret op, klaar. Waarom ze meedoet? “Ik vind het heel belangrijk om als wetenschapper naar buiten te treden en aan de rest van de wereld te vertellen wat er op een universiteit gebeurt. Door naar een basisschool te gaan kun je de leerlingen laten zien: kijk, zo kan een hoogleraar ook zijn. En uitleggen wat voor soort onderzoek we doen.”

Onderzoek naar ongelijkheid

De klas van meester Harke was zichtbaar onder de indruk van het bezoek, ook al ging de toga al snel weer uit. “Die draag ik alleen bij heel belangrijke momenten, meestal heb ik gewoon mijn spijkerbroek aan.” Wat volgde was een echte ontmoeting. Mara vertelde hoe ze als jong Amerikaans meisje als uitwisselingsscholier vanuit een piepklein dorp in Minnesota op de havo in Assen belandde. En waarom ze onderzoeker was geworden. “Toen ik hier was, dacht ik: zo veel mensen maken ruzie in de wereld! Terwijl we veel gemeen hebben en op elkaar lijken. Maar ik zag ook veel verschillen. En dat doe ik nu ook in mijn baan: ik kijk naar hoe wij van elkaar verschillen. En waar dingen ongelijk zijn. Wat is ongelijk? Weet iemand wat dat is?” “Dat jongens en meisjes ongelijk zijn!” “Dat het niet eerlijk verdeeld is!” “Dat we zeggen dat de ene beter is dan de andere!” De leerlingen begrepen precies waar Mara het over had. “En wat ik dan ook wil weten: hoe komt dat, die ongelijkheid? Dat mysterie wil ik oplossen. Alsof het een detective is. Net als in de Kippenvel-boeken. Kennen jullie die?”

En wat ik dan ook wil weten: hoe komt dat, die ongelijkheid? Dat mysterie wil ik oplossen. Alsof het een detective is. Net als in de Kippenvel-boeken. Kennen jullie die?

Meefietsende aio

Nieuw bij Meet the Professor dit jaar: de meefietser. Iedere hoogleraar mocht een collega of student meenemen bij het schoolbezoek. Mara vroeg Mehri Zamanbin, PhD-kandidaat in haar onderzoeksgroep. “Rara waar komt zij oorspronkelijk vandaan?” Grote ogen: “Wow! Iran!”  Mehri en Mara sloegen tientallen bruggen. Vooral van de wetenschap naar het leven van de kinderen zelf. “Wie van jullie heeft een moeder die vijf dagen per week werkt?” – 1 vinger ging de lucht in. “Wie vangt je op als je niet op de bso bent? “Mama.” “Mijn zussen.”

Drag queens

Vooraf hadden de leerlingen tekeningen gemaakt van hoe zij dachten dat een hoogleraar eruit zou zien. Ook hadden ze drag queens getekend. Een mooie aanleiding voor een gesprek over rokjes. “Wie van de jongens zou een rokje willen aantrekken?” “Alleen als ik van iedereen hier honderd euro krijg.” “Wie van de meisjes zou een camouflagepak dragen?” Niemand. “Wat wij normaal vinden, komt door de tijd waarin we leven en de plek waar we opgroeien.” “Ja, want in sommige landen dragen jongens misschien wel jurken!” Tussen alle ‘onderzoeks’-vragen door vroegen de leerlingen Mara en Mehri het hemd van het lijf over van alles en nog wat, want hoe cool is dat, twee internationals op bezoek! “Ik wil iets vragen over de middelbare school in Amerika. Is het echt zoals in films, dat je op highschool onder schooltijd mag voetballen?”