Maatschappelijke missies vragen om een lastige balans tussen versterking en vernieuwing

Innovatiebeleid voor circulaire landbouw kan profiteren van de ideeën en betrokkenheid van 'uitdagers' — mensen en groepen die bereid zijn om bestaande manieren van werken in twijfel te trekken en te herzien. Maar het is niet genoeg om iedereen uit te nodigen om deel te nemen aan het vormgeven van strategieën en het opstarten van projecten. Uitdagers moeten actief betrokken worden, anders lopen ze het risico hun interesse te verliezen en zich uit het proces terug te trekken. Deze conclusie komt uit een nieuw onderzoek geschrevend door onder meer onderzoekers van het Copernicus Institute of Sustainable Development.

De onderzoekers bestudeerden welke organisaties er betrokken waren bij de Nederlandse missie voor het bereiken van circulaire agrifood-systemen. Het behalen van dat soort missies vergt doorgaans een gebalanceerd gebruik van bestaande en nieuwe kennis, netwerken en beleidsmaatregelen.

In de context van de missie voor kringlooplandbouw mochten partijen met kennis over concepten als regeneratieve en natuur-inclusieve landbouw wel deelnemen aan strategievorming en visieontwikkeling, maar bleken ze daar vaak van af te zien. Er waren geen duidelijke indicaties dat de gevestigde orde hen buiten de deur hield. Eerder was het zo dat de uitdagers zich onvoldoende gezien en aangetrokken voelde tot het bijdragen aan de missie. Zo zagen ze dat beschikbare beleidsinstrumenten vooral financiële steun boden voor onderzoeksprojecten, terwijl de uitdagers eigenlijk meer op zoek waren naar zichtbaarheid en waardering voor de circulaire activiteiten waar ze al mee experimenteerden.

Dominantie van traditionele innovatie-aanpakken

De onderzoekers verklaren dat oude routines en logica’s (in de landbouw, en in het daarop gerichte innovatiebeleid) doorsijpelen in het missiebeleid, en nog altijd bepalend zijn voor wat voor projecten er in Nederland gestart worden. “De uitdagers zagen de nieuwe missie als een kans om hun aanpakken meer aandacht te geven. Die aandacht kwam er niet heel nadrukkelijk, doordat o.a. het Ministerie van LNV openheid voor veel ideeën wilde waarborgen. Paradoxaal genoeg lijkt juist die openheid uitdagers afgeschrikt te hebben”.

Een sterkere focus op het betrekken van uitdagers

Een belangrijke les is dat de missie en het bijbehorende beleid zich meer moeten richten op het betrekken van uitdagers. Voorzichtigheid is hierbij wel geboden. “Je hoort vaak dat we het bestaande beleid gewoon moeten afschaffen, en iets nieuws moeten bedenken voor partijen die niet schuwen voor afbraak van alle praktijken die transities in de weg staan.”, zegt Matthijs Janssen van de Universiteit Utrecht. “Daar zit zeker iets in. Tegelijkertijd merk je ook dat niemand er iets voor voelt om alles waar we goed in zijn, en wat qua innovatiebeleid goed werkt, nu volledig onbenut te laten. In onze studie bespreken we de afruil tussen snel en efficiënt aan de slag gaan met missies, versus ruimte nemen om ook nieuwe perspectieven en initiatieven een kans te geven”.

De studie is onderdeel van het door NWO gefinancierde onderzoeksproject ‘REWIRE - Leveraging new collaborations for circular agriculture missions’. Meer informatie daarover is hier beschikbaar:

Publicatie

Klerkx, L., Begemann, S., & Janssen, M. (2024). . Science and Public Policy, scae061.