Leonard Rutgers over slaapgebrek in de Romeinse tijd

Bronzen kop van Somnus, Civitella d’Arna, nabij Perugia, Umbrië, Italië, nu in het British Museum te Londen, 1e of 2e eeuw n. Chr.
Bronzen kop van Somnus, Civitella d’Arna, nabij Perugia, Umbrië, Italië, nu in het British Museum te Londen, 1e of 2e eeuw n. Chr.

Voor zijn wekelijkse column in het Financieele Dagblad liet prof. dr.  (Antieke cultuur) zich dit keer inspireren door een bronzen beeld van Somnus, de Romeinse god van de slaap.

Prof. dr. Leonard Rutgers (foto: Marijn Alders)
Prof. dr. Leonard Rutgers

Onze nachtrust staat tegenwoordig steeds meer onder druk. We gaan later naar bed en staan vroeger op, het is moeilijk om de stress van de dag 's avonds los te laten en het blauwe licht van ons telefoonscherm helpt ook niet bepaald mee. Maar was het vroeger wel zo veel beter? Rutgers denkt van niet. In de oudheid had men misschien geen last van lichtvervuiling, maar dat wil niet zeggen dat iedereen toen beter of langer sliep dan wij, aldus de hoogleraar. De griekse dichter Aristophanes vertelde al over de ondernemers van zijn tijd, die voor dag en dauw opstonden om zich naar hun bedrijven te begeven. Alleen de rijken, die naar hun luxe huizen op het platteland konden uitwijken, sliepen nog wel eens uit. De verantwoordelijkheid om de mensen in slaap te laten vallen lag bij de slaapgod Somnus, vertelt Rutgers: "Hij zette dan de middelen in die de goden hem hadden meegegeven om iedereen in slaap te laten vallen: vermoeidheid, alcohol, of liefdesverdriet."

Meer informatie