Hogere plantendiversiteit houdt kleine bodemdieren actief tijdens droogte

Wisselwerking tussen biodiversiteit en klimaatverandering

Biodiversiteit beschermt niet alleen wat we boven de grond zien, maar ook de verborgen wereld onder onze voeten. Tijdens droogte is de activiteit van detritivoren, de kleine diertjes die dood organisch materiaal in de bodem afbreken, hoger in gebieden met meer plantensoorten, zo concluderen onderzoekers van de Universiteit Utrecht. De , die vandaag is verschenen in het wetenschappelijke tijdschrift Global Change Biology, is de eerste publicatie op basis van gegevens uit het Utrecht 木瓜福利影视 Biodiversity and Climate Variability Experiment (UU BioCliVE).

Extreem weer, zoals droogte, komt door klimaatverandering steeds vaker voor. Dat een grotere plantendiversiteit ecosystemen helpt om beter bestand te zijn tegen zulke extreme omstandigheden en er sneller van te herstellen, is inmiddels duidelijk. Maar het was nog onbekend hoe die diversiteit de activiteit van detritivoren tijdens droogte be茂nvloedt.

Shengnan Wang

鈥淥nderzoekers richten zich bij bodemonderzoek vaak op micro-organismen,鈥 zegt promovendus en eerste auteur van het artikel Shengnan Wang. 鈥淢aar hoe de activiteit van detritivoren wordt be茂nvloed door plantendiversiteit en klimaatverandering is tot nu toe grotendeels onderbelicht gebleven.鈥

Deze bodemdieren, zoals regenwormen, nematoden en potwormen, zijn van essentieel belang voor gezonde ecosystemen. Ecoloog Yann Hautier: 鈥淒oor zich te voeden met dood organisch materiaal, zoals afgevallen bladeren, helpen ze voedingsstoffen te recyclen en de bodemvruchtbaarheid op peil te houden.鈥

Nu klimaatextremen steeds vaker voorkomen, zou het behoud van plantendiversiteit wel eens de sleutel kunnen zijn om ecosystemen stabiel en veerkrachtig te houden.

BioCliVE

Gecontroleerde hoeveelheid neerslag

BioCliVE bestaat uit 352 containers, elk gevuld met 1000 liter grond. In deze containers legden de onderzoekers graslandecosystemen aan met een oplopende diversiteit aan planten: de containers bevatten ofwel 茅茅n, vier, acht of twaalf soorten grassen en kruidachtige planten.

Hautier: "Alle containers staan onder een glazen dak dat meestal open is, maar sluit als het regent. De situatie is dus zo natuurlijk mogelijk. Tegelijkertijd kunnen we de hoeveelheid neerslag die de containers ontvangen precies bepalen."

Activiteit op verschillende diepten

Dat maakte het voor het onderzoeksteam mogelijk om droogte na te bootsen in de graslandecosystemen. Vervolgens vergeleken de onderzoekers de activiteit van detritivoren op verschillende bodemdieptes na een periode van droogte met hun activiteit onder 鈥渘ormale鈥 omstandigheden, gebaseerd op historische neerslaggegevens.

Yann Hautier

鈥淥m de activiteit te meten staken we lange stroken PVC in de bodem,鈥 legt Hautier uit. 鈥淚n die stroken zaten zestien gaten die met substraat gevuld waren. Wanneer bodemdieren zich voeden met dat substraat, blijft er een leeg gat achter. Door te kijken op welke dieptes de gaten leeg waren, konden we bepalen op welke diepte de dieren actief waren.鈥

Dieper in de grond

De onderzoekers zagen dat een hogere plantendiversiteit zorgde voor een hogere activiteit van detritivoren, zowel onder normale als onder droge omstandigheden. Daarnaast werden bij droogte de positieve effecten van de hogere plantendiversiteit groter bij toenemende diepte.

鈥淗et lijkt erop dat de voordelen van een grotere plantendiversiteit tijdens droogte behouden blijven, want in de diepere lagen is er dan nog steeds een hoge activiteit te zien,鈥 zegt Wang. Wat hier precies achter zit, is nog niet duidelijk. 鈥淲e weten niet of de dieren simpelweg dieper de grond ingaan, of dat er een andere verklaring is,鈥 zegt Hautier. 鈥淒at is iets wat we in de toekomst verder willen uitzoeken.鈥

Een student bekijkt een van de strips (foto: Kim Beijering)

Duidelijk signaal

Maar ook al is nog niet precies bekend hoe de activiteit naar diepere bodemlagen verschuift, de resultaten geven wel een duidelijke signaal af. 鈥淚n landen als Nederland is het extra belangrijk om te begrijpen hoe klimaatverandering de ondergrondse dynamiek be茂nvloedt,鈥 zegt Katie Barry, UU-onderzoeker en coauteur van de studie. 鈥淭ot wel tachtig procent van de biologische gemeenschap bevindt zich onder de grond in graslanden. En graslanden bedekken meer dan een derde van het oppervlak van Nederland en vormen de helft van alle landbouwgebieden.鈥

鈥淒it onderzoek laat zien dat biodiversiteit echt cruciaal is om ecosystemen te beschermen tegen de effecten van klimaatverandering,鈥 zegt Hautier. 鈥淣u klimaatextremen steeds vaker voorkomen, zou het behoud van plantendiversiteit wel eens de sleutel kunnen zijn om ecosystemen stabiel en veerkrachtig te houden.鈥

Steun BioCliVE

Door een donatie te doen aan BioCliVE zorg je ervoor dat dit unieke langetermijnexperiment naar biodiversiteit en klimaatverandering kan doorgaan. Elke bijdrage, groot of klein, helpt bij het monitoren van ecologische veranderingen, het opleiden van toekomstige wetenschappers en het verzamelen van kennis die nodig is om de natuur te beschermen.

Doneer aan BioCliVE

Dankbetuigingen en financiering

BioCliVE wordt mogelijk gemaakt door de inzet van een grote groep mensen, waaronder twee technici, vele PhD-, MSc- en BSc-studenten en medewerkers van de onderzoeksgroep Ecology and Biodiversity. Het project wordt gefinancierd door de onderzoeksgroep Ecology and Biodiversity, het Departement Biologie van de Universiteit Utrecht en het Utrechts Universiteitsfonds . Daarnaast ontving BioCliVE financi毛le steun van diverse fondsen en stichtingen die via het Utrechts Universiteitsfonds zijn aangetrokken: het K.F. Hein Fonds, het WNF INNO-Fonds, Ars Donandi, Stichting Thurkowfonds en de M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting. Shengnan Wang werd gefinancierd via de China Scholarship Council (CSC).

Publicatie


Shengnan Wang, Kathryn E. Barry, George A. Kowalchuk, Nico Eisenhauer, Xiaobin Pan, Mink R. Verschoor, Merel B. Soons, Yann Hautier
Global Change Biology, 4 augustus 2025. DOI: