Het sociale risico van duurzaamheid

Jesse Hoffman over de gevaren van de energietransitie

Zonnepanelen op een dak

Positief, groen en kleinschalig: zomaar drie woorden die veel mensen associëren met duurzame energie. Maar volgens postdoc Jesse Hoffman, onderzoeker bij de Urban Future Studios (UFS) van de Universiteit Utrecht, is de waarheid een stuk weerbarstiger. “De duurzame transitie zit bomvol risico’s. Zowel op grote als kleine schaal heeft het wereldwijd mogelijk veel negatieve consequenties.”

Fiets een rondje door een willekeurige Nederlandse woonwijk en je zal geheid een paar daken met daarop zonnepanelen tegenkomen. Maar heb je er ooit bij stilgestaan dat die glanzende platen de kloof tussen arm en rijk vergroten? “Zomaar een voorbeeld: een arm gezin in een huurwoning kan zich geen zonnepanelen veroorloven, waardoor de voordelen bij welbedeelden terecht kunnen komen en ongelijkheid in de samenleving kan toenemen”, zegt politicoloog Hoffman, die op het onderwerp van macht in de energietransitie promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam.

Niemand zit te wachten op een abstract verhaal over aardgasvrije wijken

Wereldwijd zijn de voorbeelden talrijk, blijkt uit zijn onderzoek en dat van collega’s in Zuid-Afrika en India. “In The Global South biedt duurzame energie een mooie kans voor rijke enclaves voor een meer stabiele energievoorziening. Hun positie en autonomie worden daardoor alleen maar versterkt en uiteindelijk kunnen ze zich afzonderen van de rest van de maatschappij. En in India bijvoorbeeld, heeft zich een zonne-energiesector ontwikkeld met allerlei hightech start-ups. De consequentie daarvan is dat er een soort lokale economie is ontstaan die maar voor een kleine groep mensen toegankelijk is. Ook worden in veel derdewereldlanden zonneparken aangelegd naast kleine dorpjes, die daar op geen enkele manier van profiteren. Het geld stroomt vaak direct naar grote buitenlandse bedrijven.”

Afbeelding van zonnepaneel

Volgens Hoffman is de energietransitie omgeven door een machtsvraag: wie profiteert ervan en wie niet? “De energietransitie is vaak ook een technische opgave, die voor veel mensen erg abstract is. ‘We moeten CO2 reduceren’, hoor je dan. Maar wat heel vaak wordt gemist is de sociale dimensie. Wat heeft het publiek eraan en waarom is het zo belangrijk? Mijn toekomstig onderzoek gaat nog een stap verder en richt zich op de verhouding tussen energietransitie en democratie. Hoewel het aantal lokale duurzame initiatieven in ons land zienderogen toeneemt, wordt dat nog veel te weinig herkend als kans. “De overheid en bedrijven hebben samen een verhaal dat vooral gaat over economische efficiëntie en technologie, maar daarin mis ik vaak een overtuigend ander perspectief met een goede waardering van sociale en politieke infrastructuur.”

Kunstenaars

Vanuit de UFS probeert Hoffman een kentering teweeg te brengen. “We werken aan een alternatief verhaal over het benutten van het democratisch potentieel van de energietransitie, inclusief concrete beleidsopties. Dit komt onder meer aan de orde op de expositie Places of Hope in Leeuwarden. Verbeelding is daarbij het sleutelwoord. “Niemand zit te wachten op een abstract verhaal over aardgasvrije wijken. Daarom werken we samen met ontwerpers en kunstenaars die het publiek de mogelijkheden laten zien van de energietransitie en geen doemscenario’s schetsen, maar juist laten nadenken over het mogelijke.”

Die aanpak werkt verfrissend, zegt Hoffman, die in juli nog een bijeenkomst over energiedemocratie organiseerde, waarbij coöperaties, investeerders, architecten, burgers en ambtenaren van het rijk en de provincie samen kwamen. “Wetenschappers zijn goed in het problematiseren van dingen, maar slecht in het laten zien van wat juist mogelijk is. Dat doen kunstenaars wel. Dat is belangrijk, want een krachtig antwoord op de klimaatcrisis vraagt dat we opnieuw verbeelden wat er in de toekomst mogelijk en wenselijk is.”