Hangen in tijden van corona
De coronacrisis heeft impact op onze dagelijkse activiteiten. We zitten meer thuis, mogen niet meer bijeenkomen in grote groepen en moeten onderling anderhalve meter afstand bewaren. Masterstudent Geowetenschappen deed onderzoek naar hangjongeren in Houten-Zuid en constateert dat de coronasituatie van grote invloed is op hoe zij hun tijd op straat doorbrengen. Dit scriptie-onderzoek werd begeleid door Dynamics of Youth-onderzoeker Kirsten Visser.

Jongeren kunnen niet altijd met dezelfde vanzelfsprekendheid als volwassenen gebruik maken van de publieke ruimte. Vaak wordt hun aanwezigheid, met name in grotere groepen, als onprettig of ongewenst ervaren. Ook in Houten-Zuid, zo blijkt uit een recent artikel in het . De plaatsing van officiële hangplekken voor jongeren is vaak een doorn in het oog van omwonenden, terwijl veel jongeren juist behoefte hebben aan een ‘eigen’ plek in de publieke ruimte.
Gebrek aan officiële hangplekken
Als student Human Geography was het een buitenkans om mijn kennis toe te kunnen passen in de gemeente waar ik geboren en getogen ben. Deze kans deed zich voor in de vorm van een afstudeeronderzoek bij de Gemeente Houten naar het hanggedrag van jongeren in de Vinex-context van Houten-Zuid. Houten is een voorstad van Utrecht met zo’n 50.000 inwoners. Interessant detail hierbij is dat Houten voorzieningen voor kinderen, volwassen en senioren te over heeft, maar jongeren soms buiten de boot blijken te vallen. Zij hangen graag met leeftijdsgenoten buiten het toeziend oog van ouders en andere autoriteitsfiguren. Houten-Zuid heeft geen officieel aangeduide hangplekken. Maar de Houtense jeugd is creatief. Van een jeu de boulesbaan tot viaduct en van een ondergrondse parkeergarage tot visvlonder; jongeren herkennen verschillende kwaliteiten in locaties in de publieke ruimte om in hun behoefte naar een geschikte hangplek te voorzien.
Coronacrisis versterkt hanggedrag
Zoals vele masterstudenten werd ik enigszins overvallen door de coronacrisis en de daardoor veranderde context waarbinnen mijn onderzoek uitgevoerd zou moeten worden. In overleg met Kirsten Visser heb ik vervolgens de beslissing genomen om de nieuwe situatie als een kans te zien. Waarna ik één van de onderzoeksvragen specifiek gericht heb op de veranderingen die de coronacrisis teweeg heeft gebracht in het hanggedrag van jongeren in Houten-Zuid. Een onvoorzien gevolg van de coronacrisis en de maatregelen van ‘social distancing’ was een sterk vergrote aanwezigheid van jongeren in de publieke ruimte van Houten-Zuid. Niet alleen werd het de meeste jongeren van huis uit niet langer toegestaan om hun vrienden binnen te treffen. Ook bleken veel van hen over (veel) meer vrije tijd dan voorheen te beschikken. Deze samenloop van omstandigheden heeft er in Houten-Zuid voor gezorgd dat de groepen hangjongeren die al voor de coronacrisis in de publieke ruimte aanwezig waren erg in omvang zijn toegenomen. Met als gevolg dat omwonenden van bekende hangplekken meer zijn gaan klagen over overlast. Wat tot meer conflict leidde tussen buurtbewoners en hangjongeren. Het doorgeven van overtredingen van de geldende coronamaatregelen (niet consistent 1,5 meter afstand en de aanwezigheid van te grote groepen jongeren) aan politie en BOA’s is voor buurtbewoners een middel gebleken om handhaving op overlast door hangjongeren af te dwingen. Ook laten veel jongeren weten de afgelopen maanden regelmatig ongewenst gefilmd en gefotografeerd te worden. Om zichzelf vervolgens op Facebook aan een digitale schandpaal terug te vinden.
Gevoel van uitsluiting
Dit alles blijkt sterk bij te dragen aan het gevoel van uitsluiting en ongewenstheid. Wat veel Houtense jongeren al voor de coronacrisis verklaarden te ervaren in de publieke ruimte. De situatie rond de coronacrisis heeft dit gevoel van uitsluiting versterkt en het gebrek aan geschikte hangplekken voor jongeren in Houten-Zuid pijnlijk blootgelegd. Houtense jongeren houden noodgedwongen een sterk mobiele hangstrategie aan, omdat zij zich bewust zijn van het feit dat hun aanwezigheid nergens binnen de bebouwde kom voor langere tijd geaccepteerd wordt. Hierbij moet vermeld worden dat er bijtijds weldegelijk sprake is van overlast voor omwonenden. Uit de ruimtelijke spreiding van hangplekken blijkt echter dat jongeren juist al de beperkte (groene) ruimte die Houten-Zuid biedt opzoeken om zodoende afstand te houden van woonhuizen en hiermee overlast te beperken. De realiteit is echter dat veel van deze jongeren in de avonduren buiten willen hangen, terwijl dit op maar een zeer beperkt aantal plekken mogelijk is zonder omwonenden met vaak jonge kinderen te storen.

Belangen jongeren meewegen in beleidskeuzes
Ik heb goede hoop dat de bevindingen uit mijn onderzoek de Gemeente Houten en vergelijkbare Vinex-gemeenten aanspoort om de breed gedragen behoefte aan geschikte hangplekken onder jongeren serieus in overweging te nemen. Met name bij het vormgeven van de publieke ruimte en het vaststellen van toekomstig jongerenbeleid. Als gemeenten dit nalaten, zullen jongeren allerlei alternatieve en minder geschikte plekken verkiezen als hangplek. Wanneer gemeenten deze jongeren wel van enkele geschikte hangplekken voorzien, zal dat niet alleen de huidige situatie voor jongeren verbeteren. Maar ook de overlast voor omwonenden te verminderen.