Geraldien von Frijtag over de desillusies van Nederlandse boeren in Oost-Europa tijdens nazi-bezetting
In het NOS-radioprogramma Met het oog op morgen (10 februari) vertelde dr. over haar nieuwe boek Hitlers Broedervolk. Hierin beschrijft ze hoe na de Duitse aanval op de Sovjet Unie in 1941 ruim 5000 Nederlandse boeren, vissers en vaklui naar Oost- en Centraal Europa trokken. Deze 'pioniers' wilden zich daar permanent vestigen en zouden zo meehelpen aan de opbouw van het Groot Germaanse Rijk.
Von Frijtag vertelt op de radio hoe Nederlandse boeren een ‘land van melk en honing’ werd voorgespiegeld dat leeg, rijk en vruchtbaar was, maar dat de werkelijkheid aanzienlijk minder rooskleurig was. Zo kwamen de Nederlandse boeren in Wit-Rusland bijvoorbeeld onder Duitse bazen te werken in plaats van dat ze zelf een landbouwkolonie konden stichten. Ook was er veel armoede, waar ze helemaal niet op waren voorbereid.
Het Rode Leger trok op, waardoor veel Nederlanders weer moesten vluchten. Ze kwamen gedesillusioneerd, en sommigen ook geradicaliseerd, terug uit het oosten en konden niet altijd meer aarden in Nederland.