FutureFit: training van digitale vaardigheden heeft een positief effect
Werknemers met weinig tot geen digitale ervaring die daarin een training volgen, zeggen daar een positieve en langdurige invloed van te merken. Dat is één van de conclusies van de evaluatie van het FutureFit project in Nederland. Onderzoekers van de Future of Work hub van de Universiteit Utrecht hebben deelnemers gevraagd naar hun ervaring.
Via het internationale FutureFit project, geleid door de Britse stichting Nesta en ondersteund door Google.org, is een groep vakbondsleden van FNV in Nederland getraind in digitale basisvaardigheden. FNV organiseerde de cursussen in samenwerking met trainingsbureau SBI Formaat. Onderzoekers van de Future of Work Hub van de Universiteit Utrecht hebben de deelnemers via vragenlijsten, interviews en observaties gevolgd om te onderzoeken wat voor hen het beste werkt. Wat is het effect van zo’n training?
De cursisten waren mensen die vanwege hun leeftijd, hun praktische beroep of om andere redenen weinig digitale vaardigheden hadden. Sommige zeiden mee te doen omdat ze vreesden in de toekomst anders moeilijk werk te kunnen vinden. Het onderzoek toont aan dat de training inderdaad een positieve en blijvende impact heeft op de digitale vaardigheden van de deelnemers. Hij heeft echter geen significante invloed op hun algemene vooruitzichten op een baan of eigen perceptie van werkgelegenheid.
Een kanttekening daarbij is dat dit project is gehouden van het najaar 2020 tot het voorjaar 2021. Dat was tijdens de coronapandemie en gedeeltelijk ook tijdens strenge lockdownmaatregelen in Nederland. Die hebben invloed gehad op het project. Sommige cursisten voelden zich door de pandemie ook minder zeker over het behoud van hun baan.
Training tijdens de lockdown
De training bestond uit vier bijeenkomsten van een halve dag en bood cursisten een introductie in de meest elementaire digitale vaardigheden, bijvoorbeeld de computer aanzetten en bedienen, surfen op internet. Daarna gingen deelnemers ook een stap verder, bijvoorbeeld het openen van een e-mailaccount, het gebruik van DigiD om te communiceren met overheidsdiensten. Behalve het observeren van de verbetering van de digitale vaardigheden van mensen en hun bereidheid om met technologie om te gaan, hebben de onderzoekers ook andere zaken geëvalueerd. Bijvoorbeeld: in hoeverre draagt de training bij aan werkvooruitzichten en veerkracht op de arbeidsmarkt? Ze deden dat door deelnemers te interviewen.
De coronamaatregelen van de tweede lockdown in Nederland hebben dit onderzoek moeilijker gemaakt. Het was lange tijd niet toegestaan om bijvoorbeeld in een klaslokaal samen te komen en een deel van de training moest online verder gaan. Behoorlijk wat deelnemers haakten af. Een cursist die wél doorging zei: “Ik vond de online training helemaal niet fijn. Je verliest sneller je aandacht omdat je thuis bent. Je bent meer afgeleid, je gaat sneller koffie pakken of naar het toilet tijdens een les. Achter het scherm is er minder sociale controle dan wanneer je in een klaslokaal zit met andere mensen.”
De online training vond ik helemaal niet fijn. Je verliest sneller je aandacht omdat je thuis bent. Achter het scherm is er minder sociale controle dan wanneer je in een klaslokaal zit met andere mensen.”
Veel cursisten zeiden wel meer zelfvertrouwen te hebben opgedaan met digitale technologie en die vaker te gebruiken: “Informatie opzoeken op internet of online een treinkaartje kopen is iets wat ik nu zelf kan doen, dankzij deze training. Hiervoor zou ik aan iemand anders hebben gevraagd om dit voor me te doen.’ Een deelnemer zei: “Ik heb het gevoel nu nog meer te willen leren, vaker te solliciteren en meer contact hebben met andere mensen.” De onderzoekers van de Future of Work hub hebben ook aanbevelingen gedaan voor dergelijke cursussen in de toekomst.
Online een treinkaartje kopen is iets wat ik nu zelf kan, eerder zou ik daar hulp bij gevraagd hebben van iemand anders.
Ik heb het gevoel nu nog meer te willen leren, vaker te solliciteren en meer contact hebben met andere mensen.
Wie niet digitaal vaardig is, raakt verbinding met maatschappij kwijt
FNV-bestuurders Sandra ter Maat en Wilma Daams waren betrokken bij de cursussen aan werknemers in de bouwsector en de slagerssector die via FutureFit mogelijk zijn gemaakt. “We hebben echt de toegevoegde waarde gezien en willen het project daarom voortzetten. Zo’n twee miljoen mensen in Nederland hebben maar weinig digitale skills. En wie niet digitaal vaardig is, raakt de binding met de maatschappij kwijt. Dit project laat zien dat met een klein steuntje in de rug we de omslag kunnen maken. Deelnemers hebben hun angst voor digitalisering overwonnen, zijn weerbaarder geworden en zelfs gemotiveerd om verder te leren.”
We hebben echt de toegevoegde waarde gezien en willen het project daarom voortzetten. Deelnemers hebben hun angst voor digitalisering overwonnen.
Vaardigheden moeten tastbaar, relevant en makkelijk te verkrijgen zijn
"Veel mensen in Nederland missen digitale basisvaardigheden om hun werk te doen, nieuwe dingen te leren of toegang te krijgen tot basisdiensten en informatie", zegt Dr. Chrystalla Kapetaniou, hoofdonderzoeker bij Nesta. "De COVID-19-pandemie heeft duidelijk gemaakt hoe belangrijk deze vaardigheden zijn, zodat mensen niet worden uitgesloten van de samenleving en vooruitgang kunnen boeken in hun werk. Met de steun van de Universiteit Utrecht waren we in staat om een uniek en zeer complex project te ontwerpen dat leerbarrières aanpakte in groepen werknemers met weinig digitale vaardigheden. Bovendien stelde FutureFit in Nederland ons in staat om inzichten te identificeren die zowel docenten als beleidsmakers kunnen gebruiken om volwasseneneducatie te transformeren, zodat het aansluit op de arbeidsmarkt en de geleerde vaardigheden tastbaar, relevant en gemakkelijk te verkrijgen zijn."
Met de steun van de Universiteit Utrecht waren we in staat om een uniek en zeer complex project te ontwerpen dat leerbarrières aanpakte.
Over FutureFit
Volwasseneneducatie kan een oplossing bieden voor de ongelijkheid in digitale vaardigheden, maar er was tot nu toe nog weinig empirisch bewijs bewijs over de effectiviteit van trainingsprogramma's op dit gebied. Het , geleid door de Britse stichting Nesta, probeert daar in meerdere Europese landen wat aan te doen, in samenwerking met onder meer werkgevers, vakbonden en onderzoekers. Het doel van FutureFit is om werknemers te helpen om meer zelfvertrouwen te krijgen over hun digitale vaardigheden, meer zelfvertrouwen in hun capaciteiten om te leren en om te zien hoe werknemers zich ontwikkelen op de arbeidsmarkt na het voltooien van zo'n training.
Over de Nederlandse onderzoekers
Vanuit de Future of Work hub van de Universiteit Utrecht werkten de volgende onderzoekers mee: Sergio Lo Iacono, Feline Wafelaar, Linde Bekkers en Thomas Martens. Hierbij ondersteund door Anne van der Put en Jos Slabbekoorn. Ook andere collega’s van de Future of Work hub en van het strategische onderzoeksthema Institutions for Open Societies van de Universiteit Utrecht waren belangrijk bij de totstandkoming: Tanja van der Lippe, Joop Schippers, Eva Knies en Linda Westerink.