Burgerschapsonderwijs: kersverse hoogleraar denkt graag mee over regeerakkoord

Felisa Tibbitts tijdens haar oratie

De nieuwe regering wil het burgerschapsonderwijs aanscherpen, met een nadruk op de rechtsstaat. Over de vraag hoe dit moet denkt prof. dr Felisa Tibbits, hoogleraar mensenrechteneducatie, graag mee.

Zij hield maandag 23 oktober 2017 haar oratie (pdf) en benadrukte daarbij dat mensenrechteneducatie al in 83 landen een plaats heeft in het curriculum, maar nog niet in Nederland.

Leerstoel mensenrechteneducatie

De leerstoel die Felisa Tibbits bekleedt, heeft een bijzondere geschiedenis. Niet alleen is het de allereerste leerstoel mensenrechteneducatie in Nederland, maar hij wordt ook geheel gefinancierd door een vrouwengezelschap – de Soroptimisten. De hoogleraar komt te werken bij de Universiteit Utrecht, met een connectie met het ľϸӰ College Roosevelt - het Utrechtse college in Middelburg.

Mensenrechteneducatie gaat niet alleen over het “goed burger zijn”, maar ook over de strijd voor sociale verandering, waarbij een persoonlijke strijd vaak samenkomt met bredere sociale veranderingsprocessen. Dit onderdeel van burgerschapsonderwijs is een “deliberatief, participatief process dat individuen, groepen en gemeenschappen versterkt, en een cultuur van respect voor en actie voor mensenrechten bouwt”.

Volgens de kersverse hoogleraar is het daarbij van belang om ook te kijken naar de kritiek op mensenrechten: het moet niet gaan om het “declareren” van mensenrechten, maar om dialoog. Zo’n benadering van mensenrechteneducatie leert jongeren kritisch naar hun sociale en culturele omgeving kijken, maar ook naar de mensenrechten zelf.

Hoogleraar Tibbits, hiernaast ook werkzaam bij Columbia ľϸӰ, zal de komende jaren onderwijs geven, onderzoek doen en meedenken over het beleid. De herziening van het burgerschapsonderwijs biedt hiervoor een ideale gelegenheid.