ľ�ϸ���Ӱ��

Externaliserend gedrag is een verzamelnaam voor verschillende agressieve en regelovertredende gedragingen, zoals schoppen, slaan, stelen en brandjes stichten. De meeste jongeren vertonen dit soort gedrag wel eens. Wanneer dit gedrag echter regelmatig voorkomt en ernstig is, noemen we dit externaliserende gedragsproblemen. 

De afgelopen decennia zijn er diverse behandelprogramma’s ontwikkeld en onderzocht die zich richten op het verminderen van gedragsproblemen. De effecten van deze behandelprogramma’s blijven echter beperkt. Lang niet alle jongeren profiteren dus van deze programma’s. Lysanne te Brinke richt zich met haar promotieonderzoek daarom op het optimaliseren van bestaande behandelprogramma’s. 

Haar onderzoeksresultaten laten zien dat jongeren met gedragsproblemen vaak moeite hebben met het reguleren van hun emoties. Te Brinke: “Ze worden sneller boos en vinden het moeilijk om boosheid onder controle te houden.” Veel bestaande behandelprogramma’s richten zich daarom ook op het verbeteren van emotieregulatie-vaardigheden. Tot nu toe was echter niet duidelijk wat de meest effectieve manier is om emotieregulatie-vaardigheden te versterken. 

Uit het onderzoek van Te Brinke blijkt dat het behandelelement emotieregulatietraining een positief effect heeft op de emotieregulatie-vaardigheden van jongeren met een gemiddelde intelligentie. Te Brinke: “Na het volgen van een korte, gerichte training hadden deze jongeren meer vaardigheden tot hun beschikking om met boosheid om te gaan. De gedragsproblemen veranderden echter niet.” 

Jongeren met een Licht Verstandelijke Beperking profiteerden vooral van emotieregulatietraining gericht op gedachten, in plaats van gedrag. “Specifiek voor die doelgroep zouden bestaande behandelingen mogelijk verbeterd kunnen worden door een sterkere focus te leggen op cognitieve, in plaats van gedragsmatige emotieregulatietraining.”