Veerkracht en leiderschap vieren: vrouwelijke hoogleraren wijzen de weg
De Universiteit Utrecht viert dit jaar met trots het behalen van haar doelstelling van 35% vrouwelijke hoogleraren. Al in 2022 was de mijlpaal bereikt van 40% vrouwelijke universitair hoofddocenten. Dit succes weerspiegelt de collectieve inzet van faculteiten, het universiteitsbestuur en de gehele gemeenschap van de Universiteit Utrecht om gelijke kansen voor vrouwen in de academische wereld te bevorderen door middel van aanhoudende inspanningen en gerichte strategieën.
Los van de cijfers onderstreept deze mijlpaal het belang van het erkennen en waarderen van talent, veerkracht en leiderschap. Het is bovendien een moment om stil te staan bij de waardevolle bijdragen van vrouwelijke academici aan de universiteit en de samenleving.

De weg naar promotie
Promotie in de academische wereld is vaak een uitdagende en veeleisende reis die doorzettingsvermogen, toewijding en focus vereist. Federica Russo, hoogleraar Filosofie en ethiek van de technowetenschappen (Faculteit Bètawetenschappen) en Lorena De Vita, universitair hoofddocent Geschiedenis van internationale betrekkingen (Faculteit Geesteswetenschappen), zijn een toonbeeld van de veerkracht die nodig is om deze mijlpaal te bereiken. Hun ervaringen benadrukken niet alleen het belang van dergelijke prestaties, maar ook de persoonlijke en professionele groei die ermee gepaard gaat.
Federica ervaarde de benoeming tot hoogleraar als het hoogtepunt van een uitdagende weg. "De benoeming tot hoogleraar betekende veel voor me. Het markeerde het einde van een lange en uitdagende reis na jaren van beperkte vooruitzichten en bijna-missers bij andere universiteiten," zegt ze. Haar traject was verre van lineair, met prestaties zoals een aanstelling als hoofdredacteur van het European Journal for Philosophy of Science - een van de toptijdschriften in haar vakgebied - nog voordat ze een vaste aanstelling kreeg. Hoewel deze prestaties belangrijk waren, kreeg ze pas echte erkenning toen een formele commissie de prestaties officieel erkende. "De benoeming tot hoogleraar vervult mijn carrière aspiratie en, nog belangrijker, voelt als een erkenning van mijn verdiensten en bijdragen," deelt ze, het belang benadrukkend van institutionele erkenning in het valideren van iemands inspanningen.

De weg die Lorena aflegde naar haar benoeming tot universitair hoofddocent wordt gekenmerkt door een verhaal van vastberadenheid en aanpassingsvermogen. Toen ze in Nederland aankwam als een buitenstaander - onbekend met de taal, de cultuur of zelfs het lokale vervoersmiddel - de fiets - begon ze haar academische carrière met een parttime, kortlopend onderwijscontract. In de loop der jaren werd haar doorzettingsvermogen erkend en ontving ze een en een . Lorena zegt over haar loopbaanontwikkeling: "Het nieuws van de benoeming was een belangrijke erkenning voor mijn werk. Ik had jarenlang gewerkt, kreeg te maken met talloze afwijzingen, maar deed mijn best om gemotiveerd en gefocust te blijven." Hoewel ze benadrukt dat er nog veel werk verzet moet worden, geeft ze ook aan dat de ondersteunende omgeving aan de Universiteit Utrecht de bijdragen van jonge, vrouwelijke, internationale medewerkers erkent.
De rol van mentoring en institutionele cultuur
In de academische wereld is de weg naar professionele groei vaak verweven met de cultuur van instellingen en de invloed van mentoren. Voor Federica en Lorena laten hun ervaringen de uitdagingen en successen zien bij het navigeren door dit complexe landschap.
Federica reflecteert op de tweeledige impact van de institutionele cultuur op haar carrière. Terwijl haar eerste academische omgevingen beperkte gestructureerde ondersteuning boden, vond ze steun en begeleiding in het mentorschap van haar promotiebegeleiders en in de vriendschap van een collega. "De institutionele cultuur heeft mijn vooruitgang aanzienlijk beïnvloed - helaas niet altijd op positieve wijze," zegt ze. Deze ongelijkheid onderstreepte voor haar het belang van een duidelijk promotiebeleid, die de focus legt op mentorschap en training. Federica's advies is pragmatisch: "Kies je mentoren verstandig; zorg ervoor dat de afspraken concreet zijn en, indien mogelijk, gedocumenteerd worden."
Voor Lorena kwam de verandering door haar focus te verleggen van extreme productiviteit naar duurzame balans. "Werken in een groep die balans belangrijker vindt dan burn-out is transformerend geweest," merkt ze op en en ze beschrijft haar evolutie van een 'hustling' mindset naar een mindset die prioriteit geeft aan zinvolle bijdragen. Mentorschap speelde een cruciale rol op haar reis, zowel formeel als door middel van informele netwerken zoals Women in International Security (WIIS). Reflecterend op de uitdagingen die ze tegenkwam - waaronder aanvankelijke tegenslagen voordat ze uiteindelijk werd toegelaten tot het Westerdijk Programma - benadrukt Lorena ook doorzettingsvermogen en zelf geïnitieerde inspanningen om ondersteunende netwerken op te bouwen. Ze prijst het Westerdijk Programma aan als een waardevol initiatief dat aanzienlijk heeft bijgedragen aan haar groei. Lorena benadrukt dat het belangrijk is om in verbinding te blijven met je eigen kernwaarden terwijl je door academische culturen navigeert. "Blijf duidelijk over de academische cultuur die je wilt bevorderen," adviseert Lorena, "en zoek collega’s die je steunen en activiteiten die je helpen om in verbinding te blijven met je kernwaarden."
Inclusieve organisaties opbouwen
Diversiteit en inclusie staan centraal bij het bevorderen van innovatie en gelijkwaardigheid in academische instellingen. De inspanningen van de Universiteit Utrecht, waaronder de , , de , , diverse initiatieven en trainingen op het gebied van sociale veiligheid en Equity, Diversity and Inclusion (EDI), laten zien dat de Universiteit Utrecht zich inzet voor het creëren van een inclusieve omgeving. Zoals Federica en Lorena illustreren, is er echter nog veel te doen om een grotere vertegenwoordiging van vrouwen in hogere academische functies te waarborgen.
Federica pleit voor beleid op maat dat gericht is op de specifieke behoeften van individuele disciplines, waarbij ze de nadruk legt op flexibiliteit in werktijden en -omgevingen die vrouwen ondersteunen bij het combineren van gezin en carrière. "Specifiek beleid moet worden afgestemd op de verschillende disciplines, maar een krachtig programma zoals erkennen en waarderen is essentieel", stelt ze. De wetenschapper benadrukt ook de dringende noodzaak om ongelijkheid in zwangerschapsverlof aan te pakken, met name voor beginnende onderzoekers met mobiliteitsbeurzen. Ze benoemt het belang van institutionele afstemming tussen opleidings- en promotiebeleid om bijdragen te erkennen die verder gaan dan onderzoek, zoals onderwijs- en coördinatiefuncties.
Lorena’s perspectief is gebaseerd op inzichten uit het . Hierin ontdekte ze parallellen tussen de uitdagingen waarmee internationale medewerkers te maken hebben en de problemen die, volgens haar, ook gelden bij het opbouwen van een meer inclusieve universiteit in bredere zin. Ze benadrukt het belang van het benutten van expertise, het expliciet maken van institutionele kennis en het opschalen van succesvolle strategieën. "Leren van succes is cruciaal: welke strategieën werken en hoe kunnen ze worden ingezet?", vraagt ze. Lorena deelt Federica’s zorgen over de zorgverantwoordelijkheden en de verschillen in de ondersteuning rondom zwangerschapsverlof binnen de faculteiten van de Universiteit Utrecht. Ze benadrukt dat het aanpakken van deze problemen essentieel is voor vrouwen om succesvol te kunnen zijn in leidinggevende functies.
Zowel Federica als Lorena vinden het belangrijk dat EDI-initiatieven méér zijn dan alleen symbolische gebaren. "EDI-initiatieven moeten betekenisvol en doorlopend zijn, niet alleen maar een façade, en ze moeten alle groepen ondersteunen die met discriminatie te maken hebben," stelt Federica. Lorena bouwt hierop voort en benadrukt de tastbare voordelen van diversiteit: "Onderzoek toont aan dat '', waardoor het essentieel is om EDI-inspanningen te ondersteunen bij het creëren van meer diverse, innovatieve en veerkrachtige universiteiten."
Vooruitgang vieren en vooruitkijken
Terwijl we deze belangrijke mijlpaal vieren, erkennen we dat het bereiken van gendergelijkheid in de academische wereld een voortdurende collectieve inspanning vereist. Door een cultuur van respect, samenwerking en erkenning te stimuleren, baant de Universiteit Utrecht de weg naar een meer inclusieve academische toekomst.
Het nieuwe EDI beleidskader van de Universiteit Utrecht beschrijft concrete stappen in de richting van rechtvaardigheid en inclusie, waaronder een streven naar 40-60% vrouwelijke vertegenwoordiging in hogere academische en managementfuncties aan alle faculteiten. Inspanningen om beloningsverschillen actief aan te pakken en mogelijke verschillen in verlofbeleid aan te passen zullen medewerkers met verschillende achtergronden verder ondersteunen en versterken.
Heb je vragen of ideeën? Neem contact op via EDI@uu.nl en bouw samen met ons aan een inclusieve academische gemeenschap.