ľ�ϸ���Ӱ��

Wetenschappers die aan wetenschapscommunicatie doen, zijn onmisbaar voor hun faculteit. Met wetenschapscommunicatie wordt de brug geslagen tussen wetenschap en maatschappij. Maar hoe doe je dat in de praktijk, publieksactiviteiten inbedden in je werkproces als wetenschapper? Daar heb je tijd en middelen voor nodig. En hoe zorg je ervoor dat expertise op dat gebied wordt opgebouwd, beklijft, op de juiste manier ingezet en gewaardeerd wordt? Pioniers (Universiteit Maastricht) en Irma Vermeend (Universiteit Utrecht) vertelden tijdens deze over hun pilots die het allemaal concreet maken.

Pilot Universiteit Maastricht

Gastspreker (projectleider en wetenschapscommunicatieadviseur aan de Universiteit Maastricht) vertelde over hun . Dat is een eenjarig proefprogramma dat training, ondersteuning en financiering van wetenschapscommunicatie combineert. Zo helpt een reeks masterclasses onderzoekers bij het ontwerpen van een projectplan. Daarna ontwikkelen ze tools om een strategisch onderbouwd projectvoorstel te doen. Hoe maak je slimme keuzes? Je kan je tijd en geld maar één keer uitgeven. Deelnemers ontvangen vervolgens 5000 euro om hun projectplan uit te voeren. Vanaf dat moment ondersteunt een persoonlijke mentor van binnen de universiteit de deelnemers met advies en toegang tot hun netwerk. Die mentoren begeleiden de deelnemers het hele jaar. Aan het eind van dat jaar hebben de deelnemers een basis staan, en worden ze gevraagd om ambassadeur te worden en zo hun kennis door te geven.

Vijf onderzoekers zijn inmiddels gestart en leren al doende. Ze ontdekten dat je al gauw een verkeerde inschatting maakt van tijdsinvestering en budget en dat plannen vaak bijstelling nodig hebben. Goed dat er geoefend kan worden, dus!

Pilot Universiteit Utrecht

Bij de faculteit Bètawetenschappen vroeg de decaan zich af: “Wat kunnen we doen voor onze postdocs om hen te helpen meer met public engagement te doen?”. Irma Vermeend (hoofd Communicatie van de faculteit Bètawetenschappen aan de Universiteit Utrecht) bedacht samen met een werkgroep de pilot Public engagement & postdocs. In deze pilot wordt - net als in Maastricht - training en ondersteuning van wetenschapscommunicatie geboden. Postdocs konden zich hiervoor zelf aanmelden.

Twaalf postdocs zijn eind november gestart. Zij volgen nu trainingen waarbij ze leren over publieke betrokkenheid, impact meten, hoe je je onderzoek pitcht voor een lekenpubliek of financiers en hoe je kinderen betrekt bij je onderzoek. Ook kunnen ze trainingen in video en podcast volgen, populairwetenschappelijk leren schrijven en een dialoog- en mediatraining volgen. Deelnemers krijgen tot slot een buddy waarmee ze regelmatig contact hebben. Ze kunnen hun nieuwe skills uitproberen bij evenementen die de Universiteit Utrecht al organiseert (zoals Weekend van de Wetenschap, Betweter Festival, Universiteitsmuseum Utrecht, etc.). Volgens Irma is het belangrijk te blijven beseffen dat het een pilot is, dus het kán mislukken. “Deze pilot wordt geëvalueerd en gedocumenteerd, hier hebben anderen hopelijk weer wat aan. Ik hoop op een steen in de vijver-effect. We zijn onderweg naar facultair beleid rond public engagement.”

Wat is er nodig om vakgroepleiders mee te nemen?

Om dat facultaire beleid rond public engagement een duwtje in de juiste richting te geven, moeten vakgroepleiders daarin ook worden meegenomen. De deelnemers van deze Wetenschnapps concluderen dat het belangrijk is om expliciete en zichtbare waardering te geven aan vakgroepleiders die hun werknemers tijd en middelen bieden voor public engagement.