Diergeneeskunde-student tussen de Nieuwe Boeren

In het nieuwe hebben twaalf deelnemers één gezamenlijke opdracht: een maand lang leven op een zelfvoorzienende boerderij zonder luxe, elektriciteit, stromend water, en zonder hun mobiele telefoon. Door samen te werken moeten ze het land en de dieren onderhouden en voor hun eigen eten zorgen. Iedere week bekeken ruim een miljoen kijkers hoe een deelnemers de boerderij moest verlaten. De winnaar gaat met de pot geld - verdiend door opdrachten uitvoeren als boter maken en het timmeren van een omheining - naar huis.

Een van de kandidaten is Thijs (25), student Diergeneeskunde aan de Universiteit Utrecht. Hij haalde samen met drie andere deelnemers de finale en ging met een deel van de pot naar huis. Hoe beviel het leven op de boerderij hem, en welke lessen neemt hij mee terug de collegebanken in?

Nog nooit zo gelukkig geweest

Thijs groeide op het Zeeuwse platteland op als oudste van tien kinderen. Vroeger had hij al twee pony’s, een boel kippen, en een bijbaantje op een koeienboerderij. ‘Mijn grote droom was altijd al om zelfvoorzienend te wonen op mijn eigen hobby-boerderij. Nieuwe Boeren heeft me de bevestiging gegeven dat dit ook echt bij me past. Meedoen aan dit programma was de vetste ervaring van mijn leven. Ik ben nog nooit zo gelukkig geweest als tijdens de opnames, hoewel ik na de eerste paar weken wel mijn familie en vrienden erg begon te missen. Maar ik leefde daar echt in het moment, waardoor ik beter kon genieten van dingen.’

Portret van Thijs, student Diergeneeskunde, deelnemer aan het TV-progamma 'Nieuwe Boeren'.
Diergeneeskunde student Thijs. Beeld: Linelle Deunk, KRO-NCRV

‘Ze zoekt mij!’

Thijs zag online een oproep voor deelnemers voorbij komen in een filmpje van Anita Witzier. ‘Toen ik dat filmpje zag, dacht ik: “Ze zoekt mij!”. Ik heb me aangemeld en binnen anderhalve week hoorde ik dat ik mee mocht doen.’ Toen kon hij zich nog twee maanden voorbereiden. Er was geen eerder seizoen, dus deelnemers wisten we niet waar ze terecht gingen komen. Thijs: ‘Ik ben dus vijf keer per week gaan sporten, heb heel gezond gegeten en geen alcohol meer gedronken. En daarnaast heb ik m’n survival skills geoefend. Ik heb oudere seizoenen van Expeditie Robinson gekeken met een notitieblok op schoot!’

De Weetjes van Thijs

‘Zo heb ik ook mijn tactiek bepaald: ik wilde me een beetje terughoudend opstellen. Hoewel ik als oudste uit een gezin van tien best de leiding kan nemen, wilde ik proberen volgzaam te zijn. Dat is best goed gelukt vind ik zelf, al heb ik soms op mijn tong moeten bijten. Mijn inbreng was dat ik handig ben, en dat ik mede door mijn opleiding Diergeneeskunde veel van dieren weet. Binnen de groep stond ik bekend om die kennis. Tijdens het melken van de koeien, zo’n twee uur per dag, deelde ik altijd "de Weetjes van Thijs”.’

Een emotionele snelkookpan

‘Als een-na-jongste van de groep kreeg ik niet automatisch de leiding. Zelfs toen ik een week lang Herenboer was; dat was totale anarchie. Een leuke kennismaking met leiding geven, haha.’ Door het ritme van de opnames was er bovendien een interessante groepsdynamiek. Iedere aflevering omvat zo’n vier dagen in de realiteit.Thijs: ‘De dag dat er weer iemand was afgevallen, was altijd heel gezellig. Maar in de dagen erna, als we weer richting een eliminatie gingen, was er veel meer spanning. Ik heb daardoor veel over mezelf geleerd. Bijvoorbeeld dat ik soms te lief ben, en meer op mijn strepen moet  gaan staan. Ik hoef niet aan mezelf te twijfelen, ook niet als anderen harder roepen dan ik.’

Iedere dag stamppot

‘Na mijn deelname heb ik bijna twee weken nodig gehad om weer een beetje te landen in het normale leven. De prikkels van een week op de boerderij zijn er evenveel als die van tien minuten in de supermarkt! De eerste keer terug in de supermarkt ging dat helemaal mis en duurde het even voordat ik mijn route langs de schappen kon bepalen.’

‘Het belangrijkste wat ik meeneem naar huis na het programma is om meer in het moment te leven. En ook dat ik niet zoveel nodig heb om gelukkig te zijn. We aten daar iedere dag stamppot, maar bij iedere hap dacht ik ‘Wauw, wat is dit lekker!’ Omdat je de hele dag werkt voor je basisbehoeftes en dus ook voor je eten, smaakt het veel beter.’

Dit is een artikel uit Vetscience nr.10.

Vetscience